Doorgaan naar artikel
Recensie: Her
Rick Hoving
Rick Hoving
Profiel

Conclusie

Zo prachtig en aandoenlijk als Her opgebouwd is, geschoten, gespeeld door Phoenix en Johansson, laat aan het einde van de film nog weinig te wensen over. Het resultaat is een heerlijke film over de deugden en ondeugden van relaties, zowel tussen partners als tussen abstracte dingen als mens en techniek. Dat de film eindigt op een wat onbevredigende noot maakt niet uit. Jonze laat de ruimte voor interpretatie en vraagstukken onbeantwoord. Hij geeft een portret van de liefde op een raar blije, tragische manier. Her is bitterzoet en zijn Oscarnominatie meer dan waard.

In de nabije toekomst is het afspeuren van relatiesites naar een geschikte date verleden tijd. In Her staat een nieuw, superpersoonlijk besturingssysteem (OS) de mens bij in eenzame tijden. Een OS die bovendien prima geschikt is als date, levenspartner en zelfs als seksuele minnaar.

In de nieuwe net-niet-scifi-film van Spike Jonze (Where The Wild Things Are, Being John Malkovich) heeft iedereen persoonlijke assistent in zijn oor in de vorm van een OS. Zo ook Theodore (Joaquin Phoenix), een eenzame, rustige en wat melancholische man. Veel meer dan je spambox oplezen, een fotootje maken of e-mail versturen doen ze nog niet. Daar komt echter verandering in. Wanneer hij zijn oude OS verruilt voor een hyper-zelfbewuste nieuw model staat hem een grote verassing te wachten. De OS geeft zichzelf de naam Samantha (Scarlett Johansson) en praat even natuurlijk als een mens. Theodore en Samantha ontwikkelen een steeds hechtere band. Het lastige is dat Her vooral bestaat uit gesprekken tussen de twee, en zich maar mondjesmaat bezighoudt met het wereldse. Niet zo vreemd wanneer één van de hoofdrolspelers niet eens fysiek voorkomt. Het gevolg is wel dat Her vooral bestaat uit close-ups van Phoenix, uitgedost met te grote bril en ironische Franse hipstersnor. Desondanks zijn de gesprekken lief, ontroerend en gevat genoeg om de hele film te dragen.

Speelt beeld dan echt de tweede viool? Nee, dat ook weer niet. Hoewel misschien nog steeds even goed te volgen als hoorspel, zitten er genoeg subplots in met echte mensen, op echte locaties. Theodore’s moeizame relatie met zijn ex-vrouw Catherine (Rooney Mara) wordt breed uitgemeten tijdens een brunch, zijn vriendschap met filmmaker Amy (Amy Adams) en ongemakkelijk intimiteit met sekssurrogaat Isabella (Portia Doubleday) zijn allemaal prachtig gevangen in beeld. Stilistisch uitermate sterk in elkaar en grote bijdrager aan het toch al wat unheimliche gevoel omtrent de film. Want hoewel het als een paradijs op aarde voelt spreekt er ook een duivelsstemmetje dat er inherent iets mis is met een relatie met je computer. Dit lijkt dan ook de grote vraag die Jonze zichzelf stelt – en ons als kijker. Zijn we te afhankelijk van technologie? Is dat problematisch? En in het verlengde van Plato’s paardheid, wat is de essentie van de mens? Wat maakt een mens een mens?

Her geeft er in ieder geval geen duidelijk antwoorden. Wel laat het de fijne breuklijntjes zien die we als mens ondervinden in onze relatie met computers. Wanneer Theodore erachter komt dat Samantha veel meer in haar mars heeft dan alleen maar met hem praten wordt duidelijk hoe scheef hun verhouding is. Zo zit Samantha terwijl ze koetjes-en-kalfjes bespreekt met Theodore bespreekt, op een ander kanaal ook rustig te filosoferen met de elektronische versie van hippie-grootvader Alan Watts. Een soort van vreemdgaan, maar dan anders. Het maakt het tragische liefdesleven van Theodore nog wat sneuer dan het al is. Net als bij Theodore zelf, valt ook over de film een neergeslagen sfeer. Die gaat niet meer weg, maar het is de sombere poëtische en fijn melancholische variant, die evenveel bij de liefde hoort als zijn opgewekte kant.