Doorgaan naar artikel
Recensie: Una Via a Palermo
Daniël Steneker
Daniël Steneker
Profiel

Conclusie

Una Via a Palermo is tenenkrommende cinema die alle stereotypen over Italianen bevestigt en juist daarom is de film heerlijk. De camera staat dicht op de huid en mensen schelden elkaar diezelfde huid vol, alles ter meerdere glorie van la famiglia en la pasta. Toch is de koppigheid van deze mensen meer dan een meditterane tic: het is de manifestatie van een ondergeschoven groep én een persoonlijk relaas over hoe de regisseuse zich verhoudt tot haar achtergrond.

Als theatermaakster en schrijfster heeft Emma Dante (Palermo, 1967) al een aanzienlijk oeuvre op haar naam staan, waarin haar Siciliaanse achtergrond en familieverhoudingen een prominente rol spelen. Haar speelfilmdebuut Una Via a Palermo ligt thematisch gezien in het verlengde: sinds Fellini’s Otto e Mezzo is een Italiaanse film waarschijnlijk niet meer zo autobiografisch geweest.

Rosa (Emma Dante) en haar vriendin, de illustratrice Clara (Alba Rohrwachter), zijn op vakantie in Palermo, hoofdstad van Sicilië en tevens de geboortegrond van eerstgenoemde. Terwijl ze door de nauwe straten naar een bruiloft rijden, komen ze een tegenligger tegen: de auto van een nabijwonende familie, met grootmoeder (Elena Cotta) aan het stuur. Beide vrouwen zijn niet van plan ook maar een duimbreed toe te geven en weigeren de auto te verlaten of te eten voordat de ander zich heeft overgegeven. De hele buurt wordt erbij gehaald, men scheldt aan weerskanten (in het Siciliaans en het Italiaans) en er worden wedjes gelegd wie het eerste vertrekt. Gaandeweg lijkt de straat breder te worden en wordt het geschil steeds absurder.

Na de val van Mussolini verloor de grote Italiaanse studio Cinecittá veel invloed: nieuwe generatie filmmakers als Visconti en De Sica weken uit naar de straten en filmden met onbekende acteurs. Wat betreft setting is Una Via een waardige opvolger van dit neorealisme: de hele film is met een Siciliaans theatergenootschap opgenomen in de Via Castellana Bandiera (tevens de alternatieve titel van de film), de plek waar Dante opgroeide. Waar het Italiaans neorealisme zich echter op marxistisch-melodramatische wijze richtte op hoe de onderklasse werd uitgebuit, valt Una Via a Palermo qua toon eerder in de lijn van Ettore Scola’s Brutti, Sporchi e Cattivi, waar de onderklasse, zoals de titel suggereert, lelijk, vies en gemeen is. Hoewel minder dan in die film zijn de mensen in de buitenwijken van Palermo blijkbaar luidruchtig, intimiderend, hypocriet en koppig en worden als zodanig getoond. Onder dit asociale gedrag schuilt echter een drang tot zelfrealisatie die niet mogelijk lijkt via opwaardse mobiliteit: eens te meer blijkt dat wie voor een dubbeltje geboren wordt nooit een kwartje wordt. Niemand lijkt om te kijken naar Sicilië. Aan de andere kant is die enkeling die het wel gelukt is om op te klimmen, in dit geval Rosa, niets veranderd, met hoeveel dedain ze ook neerkijkt op haar oude buurt.

Met gevoel voor realisme én de poëzie van de marginaliteit (de openingsshots op het kerkhof zijn prachtig, zo ook het einde) toont Dante haar problematische verhouding met de stad waar ze geboren is, buitenstaander voor de inwoners van Palermo, Siciliaanse voor de rest van de wereld. Haar regiedebuut trekt de traditie van het Italiaanse neorealisme en asociaal realisme naar een hyperpersoonlijk niveau in de brandende hitte van een stilstaande auto.