Doorgaan naar artikel
Recensie: Game of Thrones (seizoen 4)
Pim van den Berg
Pim van den Berg
Profiel

Conclusie

Met zowel grootsere scènes als een fijn oog voor detail is het vierde seizoen van Game of Thrones het meest ambitieuze tot nu toe. Al verliest het verhaal enigszins focus en wat karakteristieke personages, doet dat niet af aan een seizoen dat niet bang is om iets nieuws te proberen. Nee, dat is een probleem voor volgend jaar.

Met een hoog sterftecijfer is het vierde seizoen van Game of Thrones aan zijn einde gekomen. Er is geen ander televisieprogramma dat haar personages zo tot de dood aan toe opgebruikt. De machtsstrubbelingen die in de fantasyserie weergegeven worden eisen hun tol. De levensverwachting van zowel vriend als vijand staat elk moment op de tocht. Zo leert de kijker wat de personages zelf telkens als een bittere pil moeten slikken: raak niet te gehecht aan je favorieten, want niemand is veilig.

Het seizoen betekent het einde van een aantal voorname personages en bijrollen. Koning Joffrey Baratheon is de eerste die het hoekje om gaat. Verder zullen Lysa Arryn, de doorgedraaide tante van Sansa en Arya Stark, Oberyn Martell, Ygritte en een aantal broeders aan de Muur, Shae, Tywin Lannister en Sandor ‘The Hound’ Clegane het volgende seizoen niet meemaken.

Het is een flinke lijst en de serie verliest aardig wat karakter en acteertalent door het verlies van Charles Dance als de berekenende Tywin Lannister en Rory McCann als Sandor Clegane, de grote man met een klein hartje. Vooral McCann krijgt een aantal momenten waarin hij kan uitblinken: hij schopt, hakt en vloekt en leert zijn kleine metgezel Arya de harde, maar juiste lessen die ze nodig heeft om te overleven. In de laatste aflevering wekt hij een hoop sympathie op, wanneer hij ligt dood te bloeden tegen een rots en Arya (Maisie Williams, die steeds maar beter wordt in haar allereerste rol) vraagt om een snelle dood. Vergeefs: zonder een woord te reppen neemt ze zijn zilver mee en laat ze hem langzaam en pijnlijk wegkwijnen. Het dynamische duo is dan wel opgebroken, Arya heeft nog een heel avontuur voor de boeg aan de andere kant van de zee.

Wat het gros van de slachtoffers gemeen hebben is dat diegenen die weigeren aan te passen aan de kille, cynische werkelijkheid van Westeros, vroegtijdig het leven laten. Tywin had alleen oog voor zijn nalatenschap en was blind voor de schade die hij in zijn eigen familie aanrichtte. Het komt hem duur te staan: zijn eigen zoon Tyrion schiet twee kruisboogpijlen in hem wanneer hij op de po zit. The Hound kwam aan zijn eind omdat hij niets anders kon dan vechten. Het meest kenmerkende voorbeeld is een van de populairste personages van dit seizoen: Oberyn Martell (Pedro Pascal), prins van Dorne. Oberyn wordt geïntroduceerd in een bordeel, als liefhebber van de lichte zeden in alle vormen en maten, op Lannisters na. Nog voordat de serie begon is Oberyns zus Elia Martell erg slecht behandeld en samen met haar kinderen vermoord door Gregor ‘The Mountain That Rides’ Clegane (de voor zijn rol jong en vriendelijk ogende IJslandse reus Hafþór Júlíus Björnsson), op bevel van Tywin Lannister. Sindsdien koestert Oberyn wraakgevoelens tegen ieder die zijn zus en familie gekrenkt heeft.

Pascal maakt van zijn Oberyn Martell een overduidelijk sympathiek type, een zeldzaamheid. Oberyn is een Bourgondiër met eergevoel. Hij krijgt de kans om zijn zus te wreken in een duel met The Mountain, om Tyrions onschuld op de moord van zijn neefje Joffrey te bewijzen (Tyrion (Peter Dinklage) had tóen nog geen familieleden vermoord). Alles aan de opbouw naar dit duel wekt de indruk dat Oberyn niet kán verliezen: Oberyn als goedzak en fantastisch krijger, zijn optreden als duellist voor ‘hoofdpersoon’ Tyrion, The Mountain als duidelijk bloeddorstige en gewetenloze bruut. Oberyn lijkt zelfs het duel te winnen, maar zijn eergevoel tegenover zijn zus maakt hem hoogmoedig, en hij valt. (Let op het briljante, onheilspellende shot van Oberyns voeten, enkele momenten voordat The Mountain hem onderuit trekt en zijn schedel fijn knijpt.)

Al komt Oberyns gruwelijke nederlaag aanvankelijk als een verrassing, is dat het verre van. Zijn voorkomen spiegelt dat van Eddard Stark, de hoofdpersoon uit het eerste seizoen. Beide personages waren de klaarblijkelijke goedzakken van het hele seizoen. Even is daar die kleine sprankeling van hoop: kan Ned die hachelijke Lannisters de baas zijn? Gaat Oberyn zowaar het duel winnen? Toch, Neds prompte onthoofding en Oberyns eind lijken meer een waarschuwing naar de kijker: het is niet dat per se de goedzakken het loodje leggen. Standvastige mensen, koppige mensen, hardleerse mensen: die passen niet in deze wereld. En eergevoel en trots maken nu net standvastig, koppig en hardleers. Neem daarentegen Arya: die is als water. The Hound kan lachen wat hij wil, maar Arya heeft gelijk. Zij leeft langer dan hij.

Zelfs Stannis Baratheon (de toepasselijk stugge Stephen Dillane), de grootste stijfkop uit de serie, kan zijn prioriteiten aanpassen. Hij neemt naar goeddunken adviezen aan van zijn pragmatische rechterhand Davos Seaworth (Liam Cunningham, de laatst overgebleven knuffelbeer) en aan de andere kant de profeet Melisandre (Carice van Houten), die nuttige kennis van hogerop lijkt te halen. Het pakt goed uit voor Stannis.

Sansa Stark

Ook Sansa heeft deze les geleerd. Ze heeft zich aardig weten te redden aan het hof als oud-bruid van Joffrey (Jack Gleeson), maar dankzij haar doortrapte leermeester Petyr ‘Littlefinger’ Baelish (Aiden Gillen), die medeverantwoordelijk was voor de dood van de koning, doorgaat zij een transformatie van angstig gansje tot een dame. Haar uiterlijk verandert mee, met zwart haar en een passende jurk. Het geeft Sansa de nodige diepgang die ze niet uit de boeken meegekregen heeft.

Jon Snow maakt een groei door in karakter en leiderschap. Gestaag klimt hij naar de hoogste rang van de Night’s Watch. De gehele negende aflevering schenkt broodnodige aandacht aan de gebeurtenissen rond de Muur (zeker na een zeer onhandig en ongelukkig gefilmd avontuurtje met een stel verraders voorbij De Muur). Van die single-issue-afleveringen zijn verfrissend en stellen de serie in staat om één aspect van de serie uitvoerig te belichten, alleen is het jammer dat het in dit geval om een relatief onbeduidende schermutseling gaat tussen de Night’s Watch en de wilden voorbij de Muur. Dan is de halve aflevering gewijd aan Joffrey’s bruiloft een stuk aangenamer.

Daenerys Targaryen

Aan de andere kant van de wereld wordt Daenerys “Jelmazmo” (een steeds beter spelende Emilia Clarke) geconfronteerd met haar eigen mislukkingen. Ondanks haar moederschap van drie draken en al het geknuffel aan het eind van seizoen drie, merkt ze dat ze geen rijk kan besturen op basis van haar reputatie. Ze wil een barmhartige leider zijn, maar is net zo stellig in de rechtmatigheid van haar heerschappij als de slavenmeesters die ze ongenadig aan het kruis laat nagelen. Haar kolossale troon is ooit gebouwd door slaven en haar draken teisteren het platteland. De ballingschap van Jorah Mormont (Iain Glen) is de laatste fout in een reeks anti-climaxen. De grote belofte lijkt niets meer dan een droom te worden.

Dromen en anti-climaxen is waar Game of Thrones het voor doet. De verwijten dat Game of Thrones een fantasy-soap is en door allerlei complexe verhaallijnen en het groeiende aantal personages focus verliest, zijn terecht. De serie is niet meer zo geconcentreerd als in het eerste seizoen en sommige personages hebben al zo veel verraden, verloren en geleden dat het enigszins ongeloofwaardig wordt. Maar tegelijkertijd komt daarin een andere thematiek naar voren: dat de eindeloze machtsstrubbelingen van de adel maar een wassen neus zijn. De oorlog van koning zus en zo stelt niet zo veel voor, vergeleken met het Grote Kwaad dat (al vier seizoenen lang) op de loer ligt, en omdat er nooit een eind aan komt. Game of Thrones zou net zo lang mee kunnen gaan als Goede Tijden, als de kijkcijfers en het budget zo hoog blijven.

Daarin zijn de personages van ondergeschikt belang. De wereld draait niet om de vertelling en de spelers, maar wat we te zien krijgen is eigenlijk maar een momentopname van de aard van de wereld die George R.R. Martin geschapen heeft. Het is een wereld met eigen regels die hard en consequent gelden. Daarom is het overlijden van Oberyn Martell, Tywin Lannister, The Hound en elke Stark tot nu toe geen verrassing en niet dramatisch gekunsteld (met uitzondering van de gezapige sterfscène van Ygritte). Boontje komt om zijn loontje.

Arya en the hound

Dit alles wordt getoond met zowel meer bombast als meer oog voor detail. De gevechten zijn grootschaliger, maar gelukkig betekent een beperkt televisiebudget dat er niet overdreven wordt met de visuele effecten. Aandachtige kijkers worden beloond met allerlei details en verwijzingen. Zie en luister hoe Olenna Tyrell (Diana Rigg) de moord op Joffrey bewerkstelligt met een ironische opmerking, of hoe Tyrion vertelt hoe zijn zwakzinnige neefje zonder duidelijke reden kevers platsloeg met een steen (een metafoor voor de hele serie) en vervolgens de kerkklokken op eenzelfde manier Tyrions doem luiden.

Niet om te zeggen dat de verfilming heilig is, want de meeste afwijkingen van de boeken pakken onhandig uit. Theon Greyjoy’s (Alfie Allen) ‘redding’ door zijn zus doorbreekt alle waarschijnlijkheid, evenals andere scènes met zijn personage. Ook de geforceerde romantiek tussen de dienaren van Daenerys, de gecastreerde Grijze Worm (Jacob Anderson) en Missandei (Nathalie Emmanuel) is heel onnodig en uitgewerkt als de fantasie van een scholier. Het zegt iets dat de beste aflevering van het seizoen geschreven is door George R.R. Martin zelf.