Doorgaan naar artikel
Predator: Hunting Grounds
Stefan Manenschijn
Stefan Manenschijn
Profiel

Conclusie

Predator: Hunting Grounds is een game die nog wel leuk begint, maar al snel repetitief wordt. Lange wachttijden om als Predator te spelen, zinloze missies, saaie omgevingen en balans-issues breken het spel op.

Al sinds we op iets te jonge leeftijd naar de eerste Predator-film met Arnold Schwarzenegger mochten kijken, zijn we fan van deze buitenaardse moordmachine die met tal van technologische hulpmiddelen zijn tegenstanders een voor een uitschakelt. Sinds die film zijn er een hoop geslaagde en minder geslaagde vervolgen, spin-offs en ook games uitgebracht. In die laatste categorie probeert nu Illfonic, bekend van de multiplayergame Friday the 13th, het met Predator: Hunting Grounds, een asymmetrische online game waarin vier spelers het opnemen tegen een vijfde in de rol van de buitenaardse killer. Het lijkt een recept voor succes, maar weet de ontwikkelaar dit ook te verzilveren?

Predator: Hunting Ground bestaat uit alleen een multiplayer-modus, buiten de korte Predator-tutorial is er dus voor spelers die liever alleen van hun games genieten niets te doen. Dat is niet erg, maar het is wel goed om te weten, voordat je tot aanschaf overgaat.

In die enkele online-modus worden vier spelers als Fireteam op pad gestuurd om een missie te voltooien. Denk daarbij aan het opsporen en uitschakelen van een drugsdealer in de jungle en het opsporen van belangrijke documenten om daar foto’s van te maken. In die zin blijft de game behoorlijk trouw aan het concept van de eerste film, waarin een legereenheid ook op een belangrijke missie wordt gestuurd en per abuis op de Predator stuit. Hoewel dit in theorie natuurlijk goed klinkt, blijken in de praktijk de missies eigenlijk maar weinig spannend en alleen in de eerste paar minuten van je missie een zaak waar je je mee bezig houdt. Op het moment dat de Predator ten tonele verschijnt ontvouwt zich eigenlijk altijd hetzelfde scenario: het groepje van vier spelers focust zich op het uitschakelen van de buitenaardse vijand en afhankelijk van de skills van het team of de Predator eindigt het potje in winst voor een van beide partijen. Wanneer een van beide partijen is gesneuveld is de match namelijk voorbij. We hebben in al onze potjes nooit meegemaakt dat het potje eindigde door het voltooien van de missie.

Een van de redenen daarvan is waarschijnlijk ook, doordat de missies snel repetitief worden en de tegenstand van de a.i. verre van bijzonder is. De meesten laten zich eenvoudig overhoop schieten en anderen vergen iets meer kogels, maar een uitdaging wordt het nooit. Het is spannender je te focussen op het ontdekken van de Predator en hem vervolgens vol te pompen met lood. Zeker met een ervaren speler als tegenstander kan dit tot aardig toffe vuurgevechten leiden.

Als Predator heb je wat meer mogelijkheden en wordt de game ook een stukje toffer. Je hebt verschillende bekende wapens tot je beschikking, zoals onzichtbaar worden, je thermische view en een kleine raketwerper op je schouder. Ook kun je je eenvoudig, vergelijkbaar met Assassin’s Creed, door de hoge bomen bewegen, waardoor je tactisch een behoorlijk voordeel hebt. Wel komt er een dosis ervaring bij kijken wil je echt een goede Predator worden, want de makers hebben ervoor gekozen om je redelijk zwak te maken. Zeker tegen meerdere tegenstanders tegelijk redt je het niet in een frontale confrontatie, dus het is een kwestie van tevoorschijn komen, iemand uitschakelen en daarna snel weer verdwijnen. Het zorgt ervoor dat het spelen als Predator redelijk uitdagend is en veruit het leukste onderdeel van de game. Wel zul je van behoorlijk goeden huize moeten komen wil je een potje als Predator winnend af kunnen sluiten, wat dat betreft is de balans iets te ver doorgeschoten in het voordeel van het Fireteam.

Het grootste nadeel van spelen als Predator is niet de gameplay, maar vooral de wachttijden. Waar je als Fireteam-speler vaak binnen een minuut wel onder de pannen bent, moet je als Predator altijd minstens vijf minuten wachten voor je aan een potje kunt beginnen. Dat is niet zozeer iets waar de makers wat aan kunnen doen, maar het is wel degelijk een probleem waar je tegenaan loopt als je besluit het spel aan te schaffen.

Een ander probleem is dat het na verloop van tijd erg repetitief begint te worden. Zeker, omdat elk potje zich altijd op dezelfde manier ontvouwt, ben je eigenlijk steeds hetzelfde aan het doen. Daar komt ook nog eens bij dat de maps qua uiterlijk nauwelijks van elkaar verschillen. De eerste paar potjes die je speelt hebben hun charme, maar de glans is er redelijk snel af.

Mocht je wel doorzetten, dan is er nog wel een hoop te verdienen qua extraatjes en het mooie is dat deze alleen door spelen te verdienen zijn. Er zijn wel lootboxes, maar deze zijn niet voor echt geld te koop. Een klein hoogtepuntje in een verder erg matige game.

Grafisch gezien heeft Hunting Grounds eigenlijk ook niets te bieden. De omgevingen zijn telkens hetzelfde en alles ziet er bijzonder matig uit. De belichting weet het totaal nog iets op te krikken, maar kan niet verbloemen dat de modellen en omgevingen erg simpel ogen. Qua geluid wordt er wel beter gescoord, door de vele herkenbare kreten die we kennen uit de films en de redelijk spannende muziek.

Predator: Hunting Grounds heeft een hoop potentie, maar weet er maar weinig van te verzilveren. Het begint nog wel aardig, maar al snel kom je erachter dat je alleen maar telkens hetzelfde doet. De missies van het Fireteam zijn niet leuk en de game is er niet op ingericht om überhaupt een van die missies af te maken. Elk potje ontaard namelijk in een allesbeslissend gevecht met de Predator, die daarbij meestal als eerste het loodje legt. Mocht je denken dat jij het beter kunt als Predator, dan kom je dankzij de lange wachttijden van een koude kermis thuis. Het is niet alleen kommer en kwel, maar er had wel veel meer ingezeten.

Wij speelden Predator: Hunting Grounds op de PlayStation 4. De game is daarnaast te spelen op pc.