Doorgaan naar artikel
Tales of Arise
Rutger Engel
Rutger Engel
Hoofdredacteur
Profiel

Conclusie

 Tales of Arise lijkt een toffe JRPG te worden die bijna als een actiegame wegspeelt, zonder de traditionele JRPG-elementen te verloochenen.

De Tales of-reeks is zo’n serie Japanse RPG’s die niet voor iedereen even bekend zal zijn als een Final Fantasy of Dragon Quest, maar toch draait Tales of ook alweer tientallen jaren mee. Nadat er eerder in vijf jaar tijd maar liefst drie titels verschenen, met Tales of Berseria als meest recente uitgave, is er nu maar liefst vijf jaar verstreken. In september is het eindelijk de beurt aan Tales of Arise. Wij hebben achter gesloten deuren alvast een vrij korte demo mogen spelen en vertellen je er graag over.

In onze demo hebben we een klein gebied mogen ontdekken, daar wat beesten kunnen bevechten en uiteindelijk een groot monster verslagen dat de boel terroriseerde.

Als eerste valt op hoeveel mooier Tales of Arise eruitziet dan zijn voorgangers. Weinig grafische vooruitgang was nog een klacht van ons bij Tales of Berseria in 2016, maar bij Arise kan niemand hier iets negatiefs over zeggen. Het is niets al te bijzonders, maar het ziet eruit zoals we inmiddels gewend zijn van vergelijkbare Japanse RPG’s met cel-shading en de kleurrijke wereld komt hiermee goed tot leven. We kregen een mooi, boerderij-achtig graslandschap te zien en het was vooral lekker idyllisch: menig persoon zou er wel willen wonen.

Dialogen en dergelijke waren ingekort voor de doeleinden van de demo en dus draaide het vooral om één ding: vechten. Het is een trend geworden bij de Tales of-reeks en ook nu is de combat weer wat sneller geworden. Het heeft weer iets minder dat gevoel van een traditionele JRPG en meer dat van een snelle actie-RPG. Je zal je over het slagveld moeten bewegen, aanvallen op tijd ontwijken (je krijgt zelfs een bonus als je dit met strakke timing doet) en je eigen combo’s op vijanden los moeten laten.

Eén ding zullen we redelijk eerlijk over zijn: waar je normaal waarschijnlijk één voor één nieuwe leden van je zogeheten “party” tegen zal komen en rustig aan alles kan wennen, werden we tijdens onze demo in het diepe gegooid met al zes personages tot onze beschikking, met allemaal een andere speelstijl en een boel verschillende aanvallen. Over de fijnere nuances van gevechten kunnen we dus niet al te veel kwijt.

We kunnen het wel hebben over hoeveel opvalt dat er werk van gemaakt is om je een hele andere ervaring te geven als je met andere personages speelt. Van een rustige stijl met langeafstandsschoten en je vooral richten op het genezen van je teamgenoten, tot snelle klappen van dichtbij of het combineren van verschillende magische aanvallen. Het is niets dat je nog nooit in een JRPG hebt meegemaakt, maar in combinatie met de snelle actie voelt het erg goed aan.

Hier komt ook nog eens bij kijken dat je de teamgenoten die je niet bestuurt, toch enigszins kan besturen met een systeem dat heel erg lijkt op het Gambit-systeem van Final Fantasy XII. Het is echter een veel simpelere versie, maar met een paar als, dan-redeneringen kun je prioriteiten instellen voor je team. Is er een teamlid met minder dan 50% levenspunten aanwezig? Genees die dan eerst voordat je iets anders doet. Is er een vijand bijna dood? Maak die dan eerst af. Zulk soort dingen.

De demo was veel te kort om definitieve oordelen te gaan geven, maar we kunnen wel stellen dat het naar meer smaakt. We moeten nog een paar maandjes wachten totdat de game uiteindelijk in de winkels ligt: Tales of Arise verschijnt 10 september op PlayStation 4 en 5, Xbox One, Xbox Series X|S en pc.